Menu Menu Menu

Maak (online) afspraak

De reglementen

Alle paarden en pony’s die op wedstrijden starten moeten volgens het algemeen wedstrijdreglement van de KNHS geënt zijn tegen influenza. Het afgelopen wedstrijdseizoen werd extra scherp gecontroleerd. Als de vaccinatiegeschiedenis niet in orde was, werd direct overgegaan tot diskwalificatie. Eventuele prijzen, winstpunten of kampioenschap moesten worden ingeleverd.

In Nederland worden de KNHS-reglementen voor wat betreft verplichte vaccinatie door praktisch alle instanties overgenomen. Controleer voor de zekerheid de wedstrijdreglementen van de betrokken instanties, of overleg met de dierenarts.

Wedstrijdreglement

In het Algemeen Wedstrijdreglement van de KNHS vinden we in artikel 47 informatie over de verplichte vaccinaties. Daarin staat dat een paard pas startgerechtigd is als uit het vaccinatieoverzicht in het paspoort blijkt dat het paard ooit een basisvaccinatie tegen influenza ontvangen heeft. De twee inentingen van deze basisvaccinatie moeten minimaal 21 en maximaal 92 dagen na elkaar gegeven worden.

Vervolgens moet het paard een jaarlijkse herhalingsenting hebben ontvangen. “Jaarlijks” betekent bij de KNHS dat dezelfde kalenderdag een jaar later nog voldoet aan de eisen. Als een paard of pony bijvoorbeeld op 10 mei 2014 geënt is, volstaat het als deze uiterlijk op 10 mei 2015 wederom gevaccineerd wordt. Daarnaast moet de laatste enting minimaal 6 dagen voor de wedstrijd toegediend zijn.

Dierenarts

De vermelding van vaccinaties in het paspoort is alleen geldig als deze is voorzien van handtekening en stempel van de dierenarts die de vaccinatie heeft toegediend. De verantwoording voor een correcte vaccinatiegeschiedenis ligt overigens volledig bij de ruiter zelf. Het correct enten en invullen van het vaccinatieoverzicht komt dus zeer nauw. Een keer te laat enten, ook al is dat jaren geleden, betekent direct uitsluiting van de wedstrijd. Lastiger nog is dat het betreffende paard dan opnieuw zijn basisvaccinatie moet ontvangen. In de praktijk betekent dit dat deze combinatie minimaal een maand uitgesloten is van deelname aan wedstrijden. Tussen de eerste en tweede enting van de basisvaccinatie zitten namelijk minimaal 21 dagen en dan is er ook nog de wachttijd van minstens 6 dagen voordat een paard het wedstrijdterrein mag betreden.

Wijziging reglement

Met ingang van 26 juni 2015 wordt bij constatering van een fout in de ent- of meethistorie de combinatie op de betreffende wedstrijd niet meer gediskwalificeerd.
Als er nu onvolledige of incorrecte entingen of eventuele andere fouten in een paspoort worden geconstateerd, zal hiervan melding worden gemaakt in het rapport aan de KNHS en moet de deelnemer dit in orde maken voor deelname aan de volgende wedstrijd. Daarnaast hoeven deelnemers vanaf nu ook geen startpas meer te tonen en is het voor de controle op entingen voldoende wanneer in plaats van de batchsticker het serie/batchnummer van de entstof vermeld wordt. Op het moment dat de deelnemer geen paardenpaspoort kan tonen of er geen enkele entinghistorie in het paspoort is opgenomen dan wordt de combinatie wel gediskwalificeerd.

Internationaal

Voor internationale wedstrijden is een jaarlijkse boostervaccinatie echter niet meer voldoende. Paarden en pony’s die de overstap maken naar het internationale circuit, moeten met een halfjaarlijkse frequentie worden behandeld. Voor KNHS wedstrijden volstaat nog altijd een jaarlijkse enting. In de praktijk blijkt dat dit voor veel ruiters en amazones al moeilijk genoeg is om bij te houden. Het is aan te raden om in de paspoorten van uw eigen paarden eens goed na te kijken of de vaccinatiegeschiedenis correct is ingevuld. Dit voorkomt vervelende verrassingen midden in het seizoen.

Overig

Moet je paard ergens op stal gezet worden, dan kan de staleigenaar of de organisatie aanvullende eisen stellen aan de vaccinatie-status van jouw paard. Informeer hier op tijd naar als je paard naar een andere pensionstal gaat, of bijvoorbeeld deelneemt aan de merrietest van het KWPN (EPTM). Merries en ruinen die deelnemen aan een aanlegtest dienen naast de bescherming tegen influenza tevens op de juiste wijze te zijn gevaccineerd tegen rhinopneumonie. Een rhinopneumonie vaccinatie bestaat uit een basisenting en een herhalingsentingen. De basisenting omvat twee entingen met tussen de eerste en tweede enting een tijdsperiode van minimaal vier weken en maximaal tien weken. Deelname aan een aanlegtest is slechts toegestaan indien de laatste enting minder dan twee weken geleden heeft plaatsgehad.
Zie voor actuele informatie en eventuele aanvullingen: Wedstrijdreglement KNHS pdf