Menu Menu Menu

Maak (online) afspraak

Nierfalen



Nierinsufficiëntie is een andere naam voor nierfalen. Het is een aandoening waarbij de nieren het filteren van het bloed en uitscheiden van afvalstoffen in de urine, niet meer naar behoren kunnen doen. Er kunnen verschillende oorzaken zijn voor het nierfalen.


Er wordt een onderscheid tussen 2 vormen:

  • Acute of plots optredende nierinsufficiëntie: ontstaat door een duidelijke oorzaak die de functie van de nier belemmert, bijvoorbeeld een niersteen die de urinewegen blokkeert, het opnemen van giftige stoffen (zoals antivriesvloeistof), extreme uitdroging zodat er te weinig bloed door de nieren stroomt,…
  • Chronische of langdurige nierinsufficiëntie: dit is een aanslepende ziekte waarbij de functionele delen (nefronen) van de nieren langzaam afsterven. De oorzaken hiervan zijn niet altijd te achterhalen. Het is wel de meest voorkomende vorm van nierinsufficiëntie. In bepaalde rassen komt een speciale vorm van chronische nierinsufficiëntie voor: polycystische nierziekte of PKD. PKD is een erfelijke aandoening en komt vooral bij Perzen voor.
  • Chronische nierinsufficiëntie is een zeer vaak voorkomende aandoening bij oudere katten!

    Symptomen

  • Acute nierinsufficiëntie: urineproductie houdt op, plots erge lusteloosheid
    >li>Chronische nierinsufficiëntie: het meest typische symptoom is polyurie/polydipsie (veel plassen en daardóór veel drinken). Doordat de nefronen beschadigd zijn kunnen ze het water niet meer resorberen uit de urine, daardoor moet het dier heel veel water drinken om het watergehalte in zijn lichaam op peil te houden. In het eindstadium van de ziekte kan de urineproductie stilvallen.
  • Andere symptomen van chronische nierinsufficiëntie zijn slecht eten, lusteloosheid, braken en gewichtsverlies. Vaak hebben deze katten ook pijnlijke zweren in de mond en een typische ademgeur.

    Diagnose

    De symptomen kunnen een indicatie geven, maar de diagnose zal bevestigd worden door een bloedonderzoek. Eventueel kunnen radiografie en echografie een toegevoegde waarde hebben.

    Behandeling

  • Acute nierinsufficiëntie: afhankelijk van de oorzaak. Indien mogelijk kan geprobeerd worden om de oorzaak weg te nemen.
  • Chronische nierinsufficiëntie: deze ziekte kan men niet genezen. De behandeling zal bestaan uit het aanpassen van het voer. Speciaal ‘nierbeschermende’ eiwitarme voeding kan de achteruitgang van de nieren remmen, maar helaas niet stoppen.
  • Dit kan aangevuld worden met het toedienen van medicatie die een invloed heeft op de doorbloeding van de nieren.

    Prognose

  • Acute nierinsufficiëntie: afhankelijk van de oorzaak
  • Chronische nierinsufficiëntie: behandeling kan de achteruitgang van de nieren afremmen, maar helaas niet stoppen. Uiteindelijk zullen er zoveel functionele nierdeeltjes afsterven dat de nieren hun werk niet meer kunnen doen. De ziekte loopt dan ook uiteindelijk fataal af. Deze achteruitgang kan met behandeling echter maanden tot jaren duren, zodat het dier gedurende die tijd toch nog een comfortabel leven zal kunnen lijden.